Ongestoord oefenen in een omgeving die sterk op de realiteit lijkt. De Deutsche Lebens-Rettungs-Gesellschaft, (DLRG) van Weeze maakt sinds een aantal jaren dankbaar gebruik van de ‘oefenplas’ Höster Feld. “Oud-burgemeester Ulrich Francken van Weeze wist dat we op zoek waren naar water voor duikoefeningen“, zegt voorzitter Christian Langenberg van DLRG. “Wij als vereniging zonder eigen zwembad, maar met veel water in de gemeente zijn blij dat hij in 2012 voor ons het contact met Teunesen heeft gelegd”.
Teunesen zag de noodzaak van een passende oefenlocatie in en sindsdien traint de DLRG maandelijks in de zandwinplas aan het Höster Feld. “We hebben er een platform en een auto laten zinken”, aldus Miles Evers, leider van het duikteam in Weeze. “Daarmee oefenen we bijvoorbeeld het optakelen van voorwerpen met behulp van hijssystemen. De oefeningen maken ons zekerder. Die zekerheid hebben we nodig, omdat we tijdens de daadwerkelijke inzet onder hoge psychologische druk werken.”
De belangrijkste opgaven van de DLRG zijn het geven van zwem- en reddingszwemopleidingen, het toelichten van de gevaren van het water en de reddingsdienst. “Onze duikers worden samen met de andere DLRG-afdelingen in Kreis Kleef in de regio en ook daarbuiten ingezet bij rampenbestrijding”, aldus Langenberg. “Dat betekent dat wanneer in Kreis Kleef er in of bij water iets is gebeurd, de DLRG samen met de brandweer en de politie wordt ingeschakeld. Meestal gaat het om zoek- en bergingsacties. Ook bij rampenbestrijding buiten onze eigen regio komen we in actie. Bij hoogwater bijvoorbeeld, zoals in 2013 rondom Magdeburg. We helpen de mensen of beschermen dijken.”
Op de foto het duikteam: Miles Evers, Henning Schmelzeisen, Gerald Fries, Dieter Peters
Wat zien de duikers tijdens de oefeningen in Höster Feld? “Onder water is het zicht vaak een paar meter”, vertelt Evers. “Maar bij goed zicht zien we wel eens tot 15 meter diepte een mooie onderwaterwereld met planten en vissen. Met een beetje geluk worden we door een snoek verrast. Dieper dan 15 meter hebben we vaak goed zicht, echter daar is niet zoveel te zien, behalve een zandlandschap.”